Hoe werkt een LVAD?

Een LVAD of Left Ventricular Assist Device ondersteunt de linker hartkamer. Deze elektrisch aangedreven hartpomp stuwt het bloed van de linker hartkamer naar de aorta om het lichaam van voldoende zuurstofrijk bloed te voorzien. Omdat deze pomp het bloed voortstuwt met behulp van een rotor ontstaat er een continue bloeddoorstroming naar de aorta. Bijgevolg kan u bij LVAD-patiënten geen pulsaties van de bloedvaten meer waarnemen en is er dus geen polsslag meer te voelen.

Een hartpomp ondersteunt het hart om meer bloed rond te pompen met minder inspanning, terwijl een kunsthart het falende hart volledig vervangt. Een LVAD is dus géén kunsthart en wordt naast ‘hartpomp’ soms ook ‘steunhart’ genoemd.

Onderdelen van een LVAD

Een LVAD heeft zowel inwendige als uitwendige onderdelen:

  • De eigenlijke pomp wordt bevestigd op de punt van de linker hartkamer of het linker ventrikel.
  • De outflow canule is een flexibele buis die de verbinding vormt tussen de pomp en de aorta. Op die manier wordt het bloed vanuit het linker ventrikel naar de aorta gestuwd.
  • De besturingskabel of driveline verbindt de pomp met de controller en stroombron buiten het lichaam. De driveline verlaat het lichaam door een opening in de buikwand, ook wel de kabelpoort genoemd. Via deze kabel wordt de pomp aangestuurd en van energie voorzien.
  • De controller van de pomp is een kleine computer die het toestel aanstuurt, de pompparameters weergeeft en waarschuwt bij problemen door middel van alarmen.
  • Om een continue werking te kunnen garanderen, moeten de stroomkabels van de controller altijd verbonden zijn met een vaste stroombron (netstroom) of batterijen.

Het VAD-team zal u van een gedetailleerde patiëntenhandleiding voorzien na uw LVAD-implantatie. Binnen ons centrum wordt vandaag gewerkt met HeartMate 3TM.

Verloop LVAD-implantatie

  • Tijdens een LVAD-implantatie wordt de borstkas geopend via sternotomie (openen van het borstbeen op de middellijn).
  • Vervolgens neemt de hart-longmachine de functie van hart en longen tijdelijk over.
  • De hartpomp wordt op de punt van de linker hartkamer of ventrikel vastgehecht. Een flexibele buis (outflow canule) die van hieruit vertrekt wordt vastgehecht op de aorta. Zo kan het bloed van de linker hartkamer naar de aorta worden gepompt.
  • De hartpomp is verbonden met een kabel (driveline) die doorheen de buikwand (kabelpoort) naar buiten komt. Deze kabel wordt aangesloten op het besturingssysteem (controller) met stroombron.
  • Uiteindelijk wordt de hart-longmachine gestopt waarna de LVAD de bloedsomloop overneemt.

De operatie duurt gemiddeld 3-5 uren en wordt uitgevoerd onder algemene verdoving. Afhankelijk van de conditie en ernstgraad van de hartziekte kan de operatietijd variëren.

Contact

Laatste aanpassing: 11 september 2023