Het klinkt ingrijpend: als gezonde persoon een nier afstaan aan iemand die dringend een nieuwe nier nodig heeft. Toch gebeurt dat alsmaar vaker in ons land. In België denken we bij transplantaties vooral aan organen van een overleden persoon. Maar voor niertransplantaties is er stilaan een evolutie naar meer transplantaties met levende donoren. Wetenschappelijke studies tonen namelijk aan dat de vooruitzichten voor de ontvanger beter zijn met een levende donor dan met een nier van een overleden persoon.
In Nederland gebeurt liefst 50 procent van de niertransplantaties met een levende donor, in België is dat voorlopig amper 10 procent. Vanwaar dat opmerkelijke verschil? “Dat is historisch zo gegroeid”, vertelt prof. dr. Diethard Monbaliu, transplantatiechirurg in UZ Leuven. “We hebben in België het geluk om een fantastische wet op orgaandonatie te hebben: sinds 1986 is iedereen automatisch orgaandonor, tenzij men expliciet weigert. Daardoor hadden we altijd meer organen beschikbaar en staan we aan de wereldtop wat het totale aantal transplantaties betreft. In Nederland was die wetgeving er niet, waardoor men noodgedwongen sterk heeft ingezet op levende nierdonatie.”
Het is cruciaal dat de nierdonatie volledig vrijwillig gebeurt
prof. dr. Diethard Monbaliu
Toch stijgt ook in België de laatste jaren de wachtlijst voor niertransplantaties zienderogen. Het wordt alsmaar moeilijker om voldoende geschikte nieren te vinden voor patiënten met nierfalen. De reden? De leeftijd waarop we overlijden stijgt. En dat heeft impact op de kwaliteit van de organen. “Uit recente analyses blijkt dat nieren van oudere donoren minder lang meegaan. Als je als jongere patiënt een oudere nier krijgt, is de kans groter dat je na enkele jaren opnieuw een transplantatie nodig hebt.”
Tegenwoordig krijg je in UZ Leuven als nierpatiënt daarom systematisch uitleg over de mogelijkheid van een levende nierdonor. “Met succes. We zien het aantal mensen dat een nier wil afstaan aan een familielid of vriend jaar na jaar stijgen. In 2024 voerden we voor het eerst meer dan twintig transplantaties met levende donoren uit. En in 2025 lijkt dat aantal nog te groeien. We voelen dat er een grotere bewustwording is.”
Parijs 1952
Wist je trouwens dat de geschiedenis van alle transplantaties begint met een transplantatie van een levende nierdonor? “In 1952 viel een jonge man in Parijs van een ladder. Zijn enige nier moest verwijderd worden en zijn moeder smeekte de artsen om haar nier te nemen om haar zoon te redden. Riskant, want er bestonden nog geen medicijnen tegen afstoting. De operatie, een wereldprimeur, lukte, maar de jongen overleed later door afstotingsverschijnselen. Een paar jaar later werd in Boston een transplantatie uitgevoerd tussen twee levende eeneiige tweelingen en die was wél succesvol. En vandaag zijn de transplantatietechnieken en de medicatie tegen afstotingsverschijnselen veel verder gevorderd.”
Een nier van een levende donor heeft een aantal voordelen. “Omdat de donor gezond is, kunnen we na een uitgebreide screening een optimaal functionerende nier selecteren. Bovendien kunnen we de nier meteen van het ene naar het andere lichaam transplanteren, terwijl een nier van een overleden donor eerst uitgenomen, gekoeld en getransporteerd moet worden. Dat hele proces verhoogt het risico op afstoting. Een ander voordeel is dat de operatie op voorhand ingepland kan worden. Bij een overleden donor weet je nooit exact wanneer een nier beschikbaar zal zijn.”
“Belangrijk is dat je bij een levende donor de transplantatie kan doen nog vóór de patiënt aan de nierdialyse moet: alle studies tonen aan dat dat een gigantisch voordeel is. En last but not least is het bij een levende donor minder belangrijk dat gever en ontvanger een genetische match of dezelfde bloedgroep hebben: we kunnen eventuele antistoffen bij de ontvanger nog voor de transplantatie wegfilteren.”
Uit liefde
Maar waarom zou je als gezonde persoon een nier afstaan? Uit liefde of vriendschap, zo blijkt. Vaak gaat het om een partner die zijn geliefde wil helpen of om een ouder die het voor een kind wil doen.
“De levende nierdonor moet natuurlijk zelf in perfecte gezondheid verkeren. En als medisch team zullen we geen enkel risico nemen: je wil een gezond persoon zeker geen medische problemen geven. Daarom worden mensen die zich kandidaat stellen als nierdonor grondig gescreend door een onafhankelijk en multidisciplinair medisch en psychosociaal team. De operatie zelf is de laatste jaren ook minder ingrijpend geworden: sinds 2023 zijn we overgeschakeld op minimaal invasieve chirurgie om de nier uit het lichaam van de gezonde nierdonor te halen. Omdat we werken met hele kleine insnijdingen kunnen de meeste donoren drie dagen na de operatie al naar huis.”
Op lange termijn ondervinden nierdonoren meestal geen nadelige gevolgen. “Uit grootschalige studies blijkt dat mensen met één nier geen verhoogd risico lopen op nierproblemen, op voorwaarde dat ze goed gescreend zijn. Bovendien volgen we de nierdonoren levenslang op, zodat ze altijd in de best mogelijke conditie blijven.”
Geen orgaanhandel
Omdat levende nierdonatie nog niet zo bekend is, zoeken sommige patiënten naar een donor via sociale media. “We leven in een digitale wereld, dus het is niet vreemd dat mensen hun netwerk aanspreken. Sommige patiënten hopen op die manier sneller een donor te vinden. Maar er zijn risico’s. Het is cruciaal dat de nierdonatie volledig vrijwillig gebeurt. Daarom worden alle kandidaat-donoren medisch en psychologisch gescreend. We willen zeker zijn dat ze zich niet onder druk gezet voelen of er een vergoeding voor krijgen, want orgaanhandel is in België verboden.”
In sommige landen, zoals Iran, is commerciële orgaandonatie wél toegestaan. “Daar bemiddelt de overheid tussen donor en ontvanger en wordt een vergoeding afgesproken. Maar in sommige landen gebeurt het illegaal en heeft dat geleid tot misbruik, waarbij kwetsbare mensen gedwongen worden om een nier af te staan. Wereldwijd gebeuren er nu grote inspanningen om orgaanhandel tegen te gaan. Terecht, want zoiets kunnen we niet aanvaarden.”
Nieuwe levensenergie
Als transplantatiechirurg blijft het een bijzondere situatie als een gezonde persoon een nier wil afstaan: hij moet dan tegen zijn gewoonte in een operatie uitvoeren op een gezond lichaam. Professor Monbaliu zag zo al bijzondere verhalen van dichtbij. Een Belgische man die zijn vrouw geen nier kon geven, vond via een uitwisselingsprogramma wel een compatibele match.
“Zijn vrouw kreeg een nier van een onbekende, terwijl hij op zijn beurt een nier afstond aan iemand anders”, vertelt professor Monbaliu. “Ze schreven er een mooi boek over, Leven delen, leven geven!”. Ook bij kinderen is levende nierdonatie vaak de beste optie. “Het is technisch uitdagender om een volwassen nier in een klein lichaam te plaatsen. Maar het is fantastisch om te zien hoe een kind, dat vaak een nier van mama of papa krijgt, daarna weer snel nieuwe levensenergie krijgt.”
(Tekst: Ann Lemaître)
