Na een borstoperatie is het belangrijk dat u snel terug de arm en schouder beweegt.
De aanpak verschilt voor patiënten bij wie enkel de schildwachtklier werd verwijderd en patiënten bij wie alle okselklieren (aan de geopereerde zijde) werden verwijderd.
Enkel schildwachtklierverwijdering
Als de schildwachtklier werd verwijderd, kunt u lymfestrengen ontwikkelen en pijn hebben. Ondanks de trekkende pijn is het belangrijk om de arm voldoende te bewegen. Neem geen verkrampte Napoleon-houding aan, maar probeer de arm regelmatig te strekken. In principe is kinesitherapie niet nodig.
Okselklierverwijdering
Na een borstoperatie waarbij de okselklieren werden verwijderd, kunt u de volgende problemen hebben: minder beweeglijke schouder, lymfestrengen, pijn, gevoelsstoornissen, gevleugeld schouderblad en armoedeem. Om dit zo snel mogelijk te verhelpen of voorkomen, start u al in het ziekenhuis met oefeningen onder begeleiding van een kinesitherapeut.
Bij uw ontslag krijgt u een voorschrift voor 30 beurten kinesitherapie, die u best verspreidt over een aantal weken. Als u ook bestralingen krijgt, raden we aan de kine-beurten te volgen tot na de laatste bestralingsperiode, omdat bestraling soms de spieren verkort. Het is beter om de kine-oefeningen te volgen in de praktijk van de kinesitherapeut dan de kinesitherapeut aan huis te laten komen.
Aanbevelingen - dag 1 en 2 na de operatie:
- Neem een comfortabele houding aan in zit en lig, bijvoorbeeld met behulp van een ondersteunend kussen.
Probeer om uw arm niet in een verkrampte houding te houden, want dit veroorzaakt spierpijn en kramp in uw schouder. - Beweeg uw pols en elleboog. Als u onvoldoende beweegt, kan uw hand of onderarm opzwellen.
Gebruik de spierpomp om het lymfestelsel te stimuleren. - Neem geen verkrampte Napoleon-houding aan, maar probeer de arm regelmatig te strekken.
Aanbevelingen - dag 2 of 3 na de operatie:
De kinesitherapeut geeft meer uitleg over mogelijke problemen en oplossingen.
- U krijgt uitleg over hoe u uw arm zo normaal mogelijk moet gebruiken om mobiliteitsproblemen met uw schouder en lymfestrengen te voorkomen/verhelpen.
- U moet regelmatig over de huid van uw arm wrijven om gevoelsstoornissen te verminderen. Wrijven zorgt voor normale prikkels.
- U krijgt uitleg over de preventie van lymfoedeem:
- Smeer de huid in met hydraterende crème.
- Vermijd wondjes en verzorg ze onmiddellijk. Als er bloed moet afgenomen worden, gebeurt dit best in de andere arm.
- Zorg ervoor dat u uw arm en schouder niet afknelt door spannende kledij, juwelen, ... Neem uw bloeddruk aan de andere kant.
- Houd uw lichaamsgewicht onder controle. Overgewicht kan oedeem uitlokken.
- Raadpleeg onmiddellijk uw arts als u lymfoedeemklachten hebt (bv. als uw arm zwaarder aanvoelt of gezwollen is).
- Vermijd extreme temperaturen (sauna, afwassen in heet water)
- Vermijd zware, repetitieve activiteiten (volle emmer water dragen, vloer schrobben). Maar zorg ervoor dat u uw arm voldoende beweegt om het lymfestelsel te stimuleren.
Aanbevelingen - dag 3 tot 5 na de operatie:
- Samen met de kinesitherapeut start u met oefeningen. U leert de arm te bewegen zonder die te forceren (beneden de pijngrens). Het is wel belangrijk dat u altijd rek voelt bij de oefeningen.
Aanbevelingen - terug thuis:
- U start met uw 30 beurten kinesitherapie, bij voorkeur bij een kinesitherapeut die ervaring heeft in het behandelen van borstkankerpatiënten.
- Twee keer per week volgt u kine bij uw kinesitherapeut. De andere dagen oefent u zelf thuis. Doe de oefeningen thuis twee keer per dag totdat de beweeglijkheid van uw arm en schouder weer gelijk is aan voor de operatie.
- In een 1e fase werkt u op de beweeglijkheid van de schouder en de houding van de arm. Het doel is om weer dezelfde beweeglijkheid als voor de operatie te bekomen.
- In een 2e fase werkt u op spierkracht en pijn.