Rekenregels - Eenheden Omrekenen

Concrete tips:

  • Lees elke vraag heel rustig en neem deze volledig door.
  • Soms zijn de resultaten afgerond, soms bevatten ze tot 2 getallen na de komma. 
  • Bij elke vraag is er steeds 1 correct antwoord.
  • Er bestaan basisgrootheden voor massa, volume en eenheden.  Deze zijn:
    • gram = g
    • liter = l
    • eenheden = E
  • Indien deze getallen zeer klein of zeer groot worden, gebruiken we voorvoegsels zoals micro, milli, kilo en mega
  • We kunnen tussen de verschillende eenheden omrekenen door te delen of te vermenigvuldigen met:
    • 1000
    • 1000000

1 ml = 1 cc: niet gebruiken binnen UZ Leuven omwille van verwarring met cl.

MASSA

0,001 = 1/1000

VOLUME

0,1 = 1/10

EENHEDEN

Voorbeelden:

  • 1 mg = 1000 µg
  • 1 µg = 0,001 mg
  • 1 = 1 µg/kg/min
  • 0,1 = 1/10
  • 0,01 = 1/100
  • 0,001 = 1/1000
  • 0,000001 = 1/1000000
Laatste aanpassing: 23 november 2020