Tot 50% minder complicaties dankzij minipacemaker

15 juni 2018

Op donderdag 7 juni werd in UZ Leuven voor de honderdste keer een Micra-pacemaker geïmplanteerd. Dat is een minipacemaker van 27 millimeter, die via een klein sneetje in de lies wordt ingebracht. Eerste vergelijkingen tussen onderzoeken naar de conventionele en de minipacemaker wijzen erop dat er tot 50 procent minder complicaties zijn bij de plaatsing van een minipacemaker, zegt dokter Christophe Garweg, cardioloog in UZ Leuven, die de honderdste ingreep met succes uitvoerde.

Operatie minipacemaker

De draadloze minipacemaker lijkt 50% minder complicaties te veroorzaken dan een conventionele pacemaker.

Tot 50% minder complicaties

De Micra-pacemaker is met zijn lengte van 27 millimeter de kleinste pacemaker ter wereld. Het draadloze apparaatje wordt via een klein sneetje in de lies langs een ader tot in het hart gebracht. Door het kleine formaat van de pacemaker en de minder invasieve ingreep, zouden er bij implantatie van een Micra tot vijftig procent minder complicaties zijn dan bij een traditionele pacemaker. Dat suggereren indirecte vergelijkingen tussen onderzoeken naar de conventionele en de minipacemaker.

Na honderd ingrepen lijkt dat vermoeden in UZ Leuven bevestigd te worden. “Slechts bij twee van de honderd operaties die tot nu toe in UZ Leuven werden uitgevoerd, was er een verwikkeling zoals een lokale bloeding in de lies. De honderdste ingreep is zonder problemen verlopen”, zegt dokter Garweg.  

De minipacemaker is onzichtbaar en voor de patiënt nauwelijks voelbaar. Een traditionele pacemaker wordt daarentegen vlak onder de huid ter hoogte van de schouder ingeplant en met een elektrische draad met het hart verbonden. De operatie is daardoor mogelijk meer risicovol en de patiënt ondervindt ook meer hinder na de ingreep.

 

Slechts bij twee van de honderd operaties die tot nu toe in UZ Leuven werden uitgevoerd, was er een verwikkeling zoals een lokale bloeding in de lies.
dr. Christophe Garweg

Onderzoek staat niet stil

Tot nu toe kan de minipacemaker bij slechts 20 tot 30 procent van de patiënten die een pacemaker nodig hebben gebruikt worden. Het toestel stimuleert namelijk slechts één kamer van het hart. Patiënten die ook stimulatie van de voorkamer nodig hebben, komen voorlopig niet in aanmerking. Dokter Garweg: “We stellen het toestel tegenwoordig voor aan elke patiënt die geen stimulatie van de voorkamer nodig heeft. We plaatsen op dit moment dan ook veel meer minipacemakers dan drie jaar geleden.

De draadloze pacemaker is ook een belangrijke uitweg voor patiënten die om medische redenen geen traditionele pacemaker kunnen krijgen. “Dat is het geval bij zo’n 25 procent van onze patiënten. Zij zouden normaal een zware chirurgische ingreep moeten ondergaan. Maar dankzij de Micra kunnen we hun die ingreep besparen.”

Er wordt momenteel volop onderzoek gedaan om de pacemakertechnologie nog verder te ontwikkelen. Zo komen in de toekomst hopelijk nog meer patiënten in aanmerking voor een minipacemaker. UZ Leuven is als enige Belgische centrum nauw betrokken bij de ontwikkeling van die nieuwe technologie. Daarnaast loopt in Leuven een studie die de Micra rechtstreeks vergelijkt met de conventionele pacemaker.  

Eerste grote stap

De ontwikkeling van de Micra in 2009 was een grote revolutie in de geschiedenis van de pacemaker. Het was de eerste grote stap vooruit sinds de klinische introductie van de pacemaker in de jaren zestig. Wereldwijd werden tot nu toe 15 000 Micra-systemen geïmplanteerd. UZ Leuven startte in 2015 als eerste Belgische ziekenhuis met de plaatsing van de minipacemaker. Intussen is UZ Leuven in België het ziekenhuis met de grootste ervaring met Micra’s en in Europa behoort het tot de top vijf. De technologie is in België nog niet terugbetaald: voorlopig financiert UZ Leuven met eigen middelen het toestel voor de patiënt.

Pacemaker en bradycardie

Een pacemaker is nodig wanneer patiënten een te traag hartritme, of bradycardie, hebben en medicatie daartegen niet meer helpt. Daardoor kan het hart niet genoeg zuurstofrijk bloed door het lichaam pompen. Patiënten ondervinden dan moeite bij fysieke inspanningen: ze vallen flauw, zijn snel vermoeid en sneller buiten adem. Een pacemaker vervangt het natuurlijke ritme van het hart dankzij elektrische impulsen.

Gerelateerd

Laatste aanpassing: 16 maart 2023