Injectie met spierontspannend middel bij blaasaandoeningen

De arts kijkt met een camera in de blaas (cystoscopie) en injecteert met een naald een krachtige spierontspanner in de blaasspier.

Verloop en doel

  • Ingreep gebeurt onder een korte algemene verdoving of onder lokale verdoving.
  • Meestal in het dagziekenhuis, waardoor u snel na de procedure het ziekenhuis mag verlaten.
Botox injecties

Voorbereiding

  • Bloedverdunners moeten meestal enkele dagen voor de ingreep gestopt worden.
  • Behandelen van eventuele urineweginfecties alvorens de procedure kan plaatsvinden.

Nazorg

  • Het effect van de ingreep kan een tiental dagen op zich laten wachten.
  • Meestal zal het effect een negental maanden voelbaar zijn.
  • U moet genoeg drinken.

Complicaties

Mogelijke complicaties na de ingreep zijn:

  • Urineweginfectie
  • Beperkte hoeveelheid bloed in de urine 
  • In zeldzame gevallen: grotere bloeding
  • Soms (ongeveer 1 op 10) werkt de spierontspanner te krachtig, waardoor de blaas moeizaam samentrekt. Er kan dan rest urine (residu) in de blaas blijven na het plassen. In zeldzame gevallen moet u de urine gedurende een periode met een sonde (laten) verwijderen (intermittente sondage).

De ingreep kan meerdere keren herhaald worden zonder effect te verliezen. Tot op heden zijn er geen schadelijke effecten waargenomen bij herhaaldelijke injecties.

Specialisten

Laatste aanpassing: 21 maart 2024